Eerste voorstel verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering voor zzp’ers op tafel

Daan van Zantvoort

Wel of geen arbeidsongeschiktheidsverzekering (AOV) afsluiten? Ongetwijfeld zullen veel zzp’ers zich dit hardop afvragen. Voorlopig is een AOV niet verplicht, maar hier komt de komende jaren verandering in. 

Zzp’ers zijn zelf verantwoordelijk voor hun financiële vangnet. Of zij nu werkzaam zijn in de zorg, zakelijke dienstverlening, IT of journalistiek. Toch blijkt slechts twintig procent van hen te beschikken over een arbeidsongeschiktheidsverzekering. De redenen hiervoor lopen uiteen. De één vindt dit te duur, de ander vindt het onnodig want hij is toch nooit ziek, weer een ander heeft een spaarpotje om een periode van arbeidsongeschiktheid op te vangen of kan terugvallen op de partner.

Liefst veertig procent heeft helemaal niets geregeld. Dat betekent geen deelname aan een broodfonds, beschikking over spaargeld, beleggingen of eigen vermogen. Dit blijkt uit de cijfers die vorig jaar zijn gepubliceerd uit de tweejaarlijkse Zelfstandigen Enquête Arbeid van de Nederlandse Organisatie voor Natuurwetenschappelijk Toegepast Onderzoek en het Centraal Bureau voor de Statistiek. Toch blijkt 1 op de 8 zzp’ers arbeidsongeschikt te raken, blijkt uit onderzoek van het Verbond voor Verzekeraars.

Voorstel
Het kabinet vindt dat hier verandering in moet komen en dat elke zzp’er over een financieel vangnet moet kunnen beschikken in de vorm van een AOV, net als bij een zorgverzekering, waarvoor je elke maand een bepaald bedrag bepaalt.

Minister Wouter Koolmees van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft dit proces in gang gezet en vroeg de Stichting van de Arbeid om begin dit jaar met een voorstel te komen en begin maart overhandigde dit overlegorgaan zijn eerste plan aan het kabinet. 

In dit voorstel staat dat de zelfstandige ongeveer 200 euro per maand betaalt aan inkomensafhankelijke premie. Daarvoor krijgt hij 1.650 euro bruto per maand terug (het wettelijk minimum loon). Hierbij geldt een wachttijd, eigenrisicoperiode, van 52 weken – deze periode kan worden aangepast naar 26 of 104 weken. 

De zzp’er is verzekerd tot hij de AOW-leeftijd heeft bereikt en ‘gangbare arbeid’ is de mate van arbeidsongeschiktheid. Dit houdt in dat het UWV kijkt naar wat de zelfstandige nog kan uitvoeren zonder te kijken naar eerder werk of opleidingsniveau. 

Uurtarief

Met de verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering lopen de bedrijfskosten dus op. Daar is natuurlijk als zzp’er in de zorg – of welke andere tak dan ook – iets op te verzinnen: een verhoging van het uurtarief. Daarmee vallen de kosten van de verzekering te dekken. Daarnaast zijn de kosten fiscaal aftrekbaar.


Het duurt nog jaren voordat de verplichte AOV wordt ingevoerd, mogelijk pas in 2024 omdat het voorstel nog door de Tweede Kamer moet.


We houden u op de hoogte van de laatste ontwikkelingen. Vragen? Stel ze gerust!

Share by: